Toscane is een prachtige, rustige streek in midden-Italië. Het heeft kustlijn en stranden, maar ook golvende heuvels en prachtige olijfgaarden. Je hoort er veel vogels, en kunt er zwijnen en ander wild rond je huis aantreffen. Dit reisadvies is afgestemd op rustig verpozen, zonder de drukte van de toeristische trekpleisters.
Route
Met de auto
Met de auto rijd je bijvoorbeeld via Zwitserland, de Gotthard-pas of -tunnel. Navigatie en wegbewijzering stuurt je naar de 17 kilometer lange tunnel. Dat rijdt rustig, koel en vlak, maar de instroom wordt getemperd met stoplichten, dus staan er aan weerszijden jaarlijks lange files voor. Als je bijrijder slim vooruitkijkt op de navigatie, dan kun je de afslag vóór de staart van de file nemen en de pas op rijden. Heb je geen bijrijder, stop dan even bij San Gottardo Nord of Sud en kies dan. De pas heeft steile haarspeldbochtjes en is niet geschikt voor caravans. Als je over Zwitserland rijdt heb je maar 1x een vignet nodig, over Oostenrijk twee, omdat dat vignet minder lang geldig is.
Onderweg kun je prima overnachten in het bescheiden, nette motel Fiore, met de auto voor de deur: https://www.fiorehotel.it/
Met het vliegtuig
Dan kies je voor Pisa of Florence, en huur je daar een auto. Je rijdt zo in een uurtje verder Toscane in.
Met openbaar vervoer
Zo kun je er ook zeker komen, via Zwitserland of via Oostenrijk. Maar landinwaarts zul je weinig aan de trein hebben. Bussen rijden enkele keren op een dag, dus bereid je voor op goed plannen en een wandeling naar je verblijf – denk om steile heuvels. Een scooter huren kan ook.
Verblijf
Ik raad de regio tussen Cecina en Donoratico erg aan. Die twee plaatsen liggen aan de kust, maar je kunt iets landinwaarts (voor het idee: ongeveer tot aan La Sassa). Alles daar rechts van is best wel veel slingeren door de lokale weggetjes alvorens je weer bij stad en zee bent. Hoef je geen zee, maar wel eindeloze heuvels en olijf- of wijngaarden, zoek dan gerust iets verder landinwaarts.
Vakantiewoningen vind je via AirBnB, maar ook via Novasol, Interlux en Belvilla, Booking.com. Soms staat hetzelfde huisje op meerdere sites. Als je een huisje gevonden hebt, kijk altijd naar signalen (watermerk in foto etc.) of de eigenaar een eigen website heeft. Daar wordt het huisje vaak goedkoper aangeboden. Je kunt ook goed zoeken op de naam van het huisje, tenzij die heel generiek is. Eigenaren spreken vaak Duits, Engels, en sowieso Italiaans.
Vakantiewoningen die ik erg waardeer zijn bijvoorbeeld van Toscana Tour, rondom Cecina.
Het vinden van een privé, vrijstaand huisje, kan een behoorlijke uitdaging zijn. Op verhuursites worden de woningen namelijk telkens anders geclassificeerd. Ik noem maar termen als ‘detached house’, ‘appartment’, ‘rustico’ – maar heel soms vind je ook een ideaal verblijf met als type ‘flat’. Het is echt zaak niet te snel te filteren op die termen en goed naar alle foto’s van een interessant huisje te kijken. Zo kan het zijn dat een ogenschijnlijk vrijstaand huisje toch aan het verblijf van de eigenaar vast zit, of staat er een druk bezocht restaurant op honderd meter afstand. Speur op online maps naar de exacte locatie en kijk wat er omheen ligt. Lees alle reviews, ook op andere sites waar het zelfde huisje aangeboden wordt. Alleen dan weet je pas echt vantevoren wat je huurt.
Wil je een zwembad bij je huis, ga er dan gerust vanuit dat je het bad deelt met de eigenaren, of met andere vakantievierders. Geroezemoes, geplons, nieuwsgierige kinderen – je hebt niet per sé rust. Wil je toch verkoeling, dan hebben huisjes tegenwoordig wel een tuindouche. Je kunt je eigen opblaasbare zwembadje opzetten, maar dat trekt natuurlijk wel muggen aan. Zwemmen kan ook in zee, bij voorkeur in de ochtend of in de avond. Midden op de dag is het op het strand echt smoorheet.
Te doen
In zo’n mooie omgeving, met lekker weer, is het in feite genoeg om de koelkast vol te pakken en lekker rondom het huis niets te doen. Planten watergeven, lezen, yoga, gitaarspelen – je vindt er genoeg huizen met zoveel privacy dat je je niet eens druk hoeft te maken of je wat aantrekt die dag.
Fietsen is prima mogelijk, natuurlijk op een lichte fiets met versnellingen. Weet wel dat je overal bij op de doorgaande weg fietst, waar het verkeer 70 kilometer per uur rijdt. In onoverzichtelijke bochten kan dat gevaarlijk zijn. Er zijn best fietsroutes die je vooraf kunt uitstippelen. Neem voldoende water mee en bedek je nek, want je verbrandt snel.
Vanuit het gebied rond Cecina kun je natuurlijk naar de toeristische steden, als je dat wil. Denk aan Pisa, Florence, Siena … maar je kunt ook naar… Castagneto Carducci, Bolgheri (iconische cipressenlaan), Casale Marittimo, Volterra, Castel San Gimignano. Prachtige kleine stadjes, ‘suikertaartdorpjes’. Overdag ga je er even lunchen, langs de supermarkt, en weer naar huis, terug je boek lezen.
Echt mooi is bijvoorbeeld Pitigliano, maar dat is echt een dagtocht. Wel práchtig. Maak je een tuussenstop in Grosseto, dan is daar het Centro Commerciale Maremà – een supergroot winkelcentrum – net een luchthaven.
Er zijn overal in Toscane ook veel zwavelbronnen, die eruit zien als enorme poelen gesmolten zeep. Het is er mooi badderen, maar het ruikt wel sterk naar zwavel. Onbekende zwavelbaden zijn niet onbemind – let er vooral op of lokale mensen er hun hond uitlaten! Daar wil je niet badderen.
Sla het ‘Spiagge Bianche’ van Rosignano Solvay ook over: lees je eerst in. Lekker in zee zwemmen kan bij zonsondergang in Cecina (mare), Marina di Bibbona en Marina di Castagneto Carducci.
Rondrijden in dat landschap is echt al heerlijk, overal golvende graanvelden, cipressen, doorkijkjes.
In Cecina en Donoratico is wekelijks tot lunchtijd een behoorlijke markt. In andere dorpjes ook wel (zoek online) maar dan zijn het vaak maar 3 kramen, vooral voor de lokale bevolking.
Eilanden
Heb je een vakantiewonin ‘con vista mare’ oftewel met zeezicht dan kun je op goede heldere dagen de zee zien – en zelfs wat eilanden! Zit je aan het strand, dan zie je ze sowieso. Vaak zie je helemaal zuidelijk de punt van Piombino wel, maar ook Elba, Corsica, en het kleine Capria. ’s Avonds gaan de lichtjes aan en zie je ze beter. Is het heiig, dan zie je soms de zee niet eens. Elke vakantiewoning die zeezicht heeft, zal daarmee adverteren!
Zo’n huis met zeezicht geeft natuurlijk altijd wat om naar te kijken. Als je een tiental kilometers landinwaarts zit is het ook, zo vind ik, mooi om te denken dat dáár alles gebeurt, het El Dorado van de flanerende mensen, maar dat het bovenop een kalme heuvel heerlijk rustig is, terwijl je het toch allemaal overziet.
Bij Livorno en Piombino kun je op de veerboot naar de eilanden. Bij Piombino gaat het naar Elba. Koop vooraf tickets. Je auto meenemen is prijzig, maar zeker nuttig. Je rijdt een heel stuk over het chaotische haventerrein, dus stel je navigatie goed in en laat je leiden. Elk strand op Elba is wel druk, ondanks de ‘geheime tips’ en beloftes van onondekte baaitjes. Kies gewoon een strand dat op dat moment wat schaduw heeft.